
Verbindende Communicatie
Wanneer je communiceert met je partner over iets wat je vervelend vindt tussen jullie, gebeurt er vaak veel in een korte tijd: je uit je emotie, vertelt jouw kant van het verhaal, je partner reageert, uit diens emotie, en binnen de kortste keren hebben jullie ruzie, of voel je dat jullie mijlenver uit elkaar staan. Jij voelt je niet begrepen, je partner voelt zich aangevallen, de sfeer is koud. Verbindende communicatie (door Marshall Rosenberg) is een manier van communiceren die je kan helpen bij het vertragen en anders aanpakken van zo'n situatie. In het model hiernaast zie je de stappen die je daarvoor neemt. Door dit stappenplannetje te gebruiken wanneer je met elkaar communiceert over knelpunten, beweeg je niet verder van je partner af, maar juist naar elkaar toe.
​
Het gaat bij verbindend communiceren niet alleen over hoe je jezelf uit, maar net zo goed over hoe je luistert naar de ander. Je oefent om vooral de emoties en behoeften van je partner (EN van jezelf!) te horen. Door de stappen te oefenen, wordt je daar steeds beter in. Uiteindelijk is het stappenplan niet meer nodig omdat jullie manier van communiceren door het oefenen als vanzelf verandert. Hier kun je een oefenblad downloaden (inclusief voorbeelden van emoties en behoeften) voor als je er al zelf mee aan de slag wilt. Liever samen oefenen onder begeleiding? Aarzel niet om contact op te nemen voor een gratis kennismaking. ​​
Een voorbeeld - Oh, altijd die afwas! > <
Om de stappen en het mogelijke resultaat ervan duidelijk te maken, hierbij een voorbeeld.
Het begint bij de aanleiding: er is een voorval of een situatie waarin ik afstand voel tot mijn partner. Stel dat ik me kwaad maak omdat het voor de zoveelste keer gebeurt dat er een hele berg afwas op het aanrecht staat als ik ‘s avonds thuiskom na mijn avond shift. Dit is de aanleiding.
​
Als ik ervoor kies om dit voorval met behulp van verbindende communicatie te bespreken met mijn lief, dan kijk ik eerst wat mijn waarneming is in het voorval. In dit geval: de afwas staat er nog. Het is belangrijk dat ik heel bewust blijf bij deze ene keer (en niet al die andere keren erbij haal). Het gesprek gaat over dit ene voorval, deze ene maandag dat de afwas er nog stond. De situatie zo concreet maken helpt mij om hem niet te gaan beschuldigen. Ik wil dat mijn partner mijn emotie en behoefte hoort, niet dat hij zich aangevallen voelt. De waarneming is dus: maandag stond de afwas er nog toen ik thuiskwam.
​
Dan ga ik in de situatie op zoek naar welke emotie het bij me losmaakt. Wat maakt dat het belangrijk voor me is om dit voorval te bespreken? Wat voelde ik toen ik de afwas zag staan? Hierbij kun je spieken: gebruik als je wilt het emoties voorbeeldblad. Ik voelde mij alleen en dat maakte me verdrietig.
​
Vanuit die emotie kom je bij de behoefte die je hebt. Ik heb de behoefte om samen te werken aan een opgeruimd huis, ik vind het fijn als onze woonplek door ons beiden verzorgd wordt. Het is heel kwetsbaar om emoties en behoeftes uit te spreken, zelfs als het ‘alleen maar’ om de afwas gaat. Ik laat hier aan mijn partner zien wat echt belangrijk voor me is. Voor mijn partner om mijn kwetsbaarheid te kunnen zien is het belangrijk dat hij zich niet al in een hoek gedreven voelt door zich schuldig te voelen. Daarom is het zo belangrijk dat ik met een waarneming kom die vrij is van beschuldiging.
​
Nadat ik heb gedeeld over mijn emotie en behoefte, kan ik ook nog vragen om een actie of een verzoek doen. Met het doen van het verzoek neem ik verantwoordelijkheid voor het vinden van een oplossing die voldoet aan mijn behoefte. Ik ga er niet vanuit dat mijn partner ‘zou moeten weten hoe het nou eenmaal werkt in een relatie’ of ‘zou moeten weten wat ik wil’. Ik vraag hem precies om wat ik zou willen. Bijvoorbeeld: kunnen we afspreken wie wanneer de vaat doet? Of: zou jij op maandag en donderdag de vaat voor je rekening willen nemen? Het is belangrijk dat dit concreet is. 'Zou je mij meer willen helpen met het huishouden’ is niet concreet genoeg.
​
Mijn partner hoort dit allemaal aan en vat het nog eens samen. ‘Maandag stond de vaat nog op het aanrecht (waarneming). Jij werd hier verdrietig van en je voelde je alleen (emotie). Je wilt graag samenwerken aan een opgeruimd huis (behoefte). En je verzoek is of we kunnen afspreken wie wanneer de afwas doet. Klopt het zo, of ben ik nog iets vergeten?’ Als de samenvatting klopt, kan ik dat aangeven. Als mijn partner nog een deel gemist heeft, kan ik dat nog eens herhalen. Als mijn partner er niet helemaal uitkomt met het samenvatten, dan kan hij mij vragen om het nog eens te herhalen. Totdat hij de samenvatting helemaal kloppend heeft.
​
Daarna mag mijn partner aangeven of hij aan mijn verzoek kan voldoen. Hierin kun je prima overleggen. Misschien heeft hij het wel heel druk op donderdag, of heeft hij een aanvulling op de verdeling van dagen. Over behoeftes wordt niet onderhandeld, die zijn er gewoon en moeten serieus genomen worden (in elk geval door jezelf). Over oplossingen kan onderhandelen wel. Als jouw partner (gedeeltelijk) niet aan een behoefte kan voldoen, zul je die behoefte op een andere manier moeten vervullen. Ook dat valt onder 'verantwoordelijkheid nemen' voor jouw eigen behoeftes.